Author: | Charles Dickens | ISBN: | 9789000330959 |
Publisher: | Meulenhoff Boekerij B.V. | Publication: | July 29, 2013 |
Imprint: | Boekerij | Language: | Dutch |
Author: | Charles Dickens |
ISBN: | 9789000330959 |
Publisher: | Meulenhoff Boekerij B.V. |
Publication: | July 29, 2013 |
Imprint: | Boekerij |
Language: | Dutch |
Kort, maar toch nog vrij uitgebreid verslag van de avonturen welke Pickwick in dit eerste deel van de naar hem genoemde papieren beleeft. Voor de oppervlakkige toeschouwer is de heer Samuel Pickwick, zonder beroep, wonend in Goswell Street, Londen, geenszins een opvallende figuur. Hij moge iets ronder van de omtrek zijn dan de gemiddelde man van zijn leeftijd, dit stempelt hem nog niet tot een zonderling. Wat deze man groot maakte was zijn brein, verborgen achter dikke brillenglazen en beurtelings goedmoedige en flikkerende oogjes. Dit brein stortte hem in de meeste wilde avonturen en haalde hem er weer uit ook. Het is overigens verwonderlijk hoeveel vreemde avonturen iemand in een beschaafd land als het Engeland van 1830 nog konden over komen. Maar met avonturen is het net zoals met het geluk: men moet ze weten te vinden. En daar een was Pickwick en meester. Zo kwam het dat Pickwick door middel van een nietig opschrijfboekje in heftige ruzie raakte met een stel ongeschoren koetsiers, en het reisgezelschap genoot van een romantisch heerschap met oplichtersneigingen. Aan zijn onderzoekende geest dat de Pickwick het dat hij kennis maakte met de heer Wardle, die hem meenam naar zijn buitenhuis. Dan drijft een catastrofale vergissing van een oude-vrijershart hem naar Londen terug, waar hijzelf in de kortste keren in niet minder fatale stap doet door juffrouw Bardell zodanig toe te spreken dat zij in zijn armen flauwvalt. Maar Pickwick is intussen naar Eatanswill gespoed, en maakt de onvergetelijke verkiezingen aldaar mee. Hij snelt toe om de snoodaard die en meisjespensionaat belaagd, te ontmaskeren, doch wordt het slachtoffer van zijn eigen goedheid. Gelukkig is er zijn knecht Sam Weller die met snaaksheid het leed verzacht, en met goede raad Pickwick's brein verlicht. Want hoe zoudt gij u voelen als ge midden in de nacht tot de ontdekking kwaamt uw kamer te delen met een u volkomen onbekende dame van middelbare leeftijd met gele papillotten?
Kort, maar toch nog vrij uitgebreid verslag van de avonturen welke Pickwick in dit eerste deel van de naar hem genoemde papieren beleeft. Voor de oppervlakkige toeschouwer is de heer Samuel Pickwick, zonder beroep, wonend in Goswell Street, Londen, geenszins een opvallende figuur. Hij moge iets ronder van de omtrek zijn dan de gemiddelde man van zijn leeftijd, dit stempelt hem nog niet tot een zonderling. Wat deze man groot maakte was zijn brein, verborgen achter dikke brillenglazen en beurtelings goedmoedige en flikkerende oogjes. Dit brein stortte hem in de meeste wilde avonturen en haalde hem er weer uit ook. Het is overigens verwonderlijk hoeveel vreemde avonturen iemand in een beschaafd land als het Engeland van 1830 nog konden over komen. Maar met avonturen is het net zoals met het geluk: men moet ze weten te vinden. En daar een was Pickwick en meester. Zo kwam het dat Pickwick door middel van een nietig opschrijfboekje in heftige ruzie raakte met een stel ongeschoren koetsiers, en het reisgezelschap genoot van een romantisch heerschap met oplichtersneigingen. Aan zijn onderzoekende geest dat de Pickwick het dat hij kennis maakte met de heer Wardle, die hem meenam naar zijn buitenhuis. Dan drijft een catastrofale vergissing van een oude-vrijershart hem naar Londen terug, waar hijzelf in de kortste keren in niet minder fatale stap doet door juffrouw Bardell zodanig toe te spreken dat zij in zijn armen flauwvalt. Maar Pickwick is intussen naar Eatanswill gespoed, en maakt de onvergetelijke verkiezingen aldaar mee. Hij snelt toe om de snoodaard die en meisjespensionaat belaagd, te ontmaskeren, doch wordt het slachtoffer van zijn eigen goedheid. Gelukkig is er zijn knecht Sam Weller die met snaaksheid het leed verzacht, en met goede raad Pickwick's brein verlicht. Want hoe zoudt gij u voelen als ge midden in de nacht tot de ontdekking kwaamt uw kamer te delen met een u volkomen onbekende dame van middelbare leeftijd met gele papillotten?